Tussen de werknemer en de werkgever heeft van 1 februari 2022 tot en met 30 april 2024 een arbeidsovereenkomst bestaan. Op 12 december 2023 is de werknemer onder werktijd ten val gekomen. Dat gebeurde toen hij in de metro stapte waarmee hij naar zijn volgende werkafspraak wilde reizen. Zijn linkervoet is na de val tussen de deuren van de metro gekomen, waardoor de enkel beschadigd is geraakt. De werknemer is hieraan geopereerd. De kantonrechter oordeelt dat een ongeval als dit, waarbij iemand zonder duidelijke aanleiding ten val komt, is aan te merken als een huis-tuin-en-keukenongeval, dat iedereen zou kunnen overkomen. De kantonrechter oordeelt dat de werkgever voldoende heeft gesteld waaruit volgt dat op haar geen zorgplicht rust om een ongelukkig ongeval zoals dit te voorkomen. De werknemer stelt dat er sprake is geweest van een bijzondere drukte, de werkgever heeft dit gemotiveerd weersproken. Van de door de werknemer gestelde drukte en daarbij behorende stress is dus niet gebleken, laat staan dat is komen vast te staan dat dit de reden is geweest voor een extra kans op een ongeval zoals dat zich hier heeft voorgedaan. Niet valt in te zien op welke manier de werkgever de werknemer had moeten instrueren om te voorkomen dat hij ten val zou komen na een oproep om naar een volgend adres te komen. De kantonrechter oordeelt dat de werkgever ook niet op grond van artikel 7:611 BW, in combinatie met artikel 6:248 BW, aansprakelijk is. Naar het oordeel van de kantonrechter is een val zoals deze geen ‘bij de werkgever bekend, specifiek en ernstig gevaar voor de werknemer’. De kantonrechter overwoog hiervoor al dat een val als deze iedereen kan overkomen en een huis-tuin-en-keukenongeval is. Daarnaast kan sprake zijn van aansprakelijkheid als de werkgever had moeten zorgen voor een behoorlijke verzekering. Deze verzekeringsplicht bestaat niet voor de situatie dat een werknemer een eenzijdig ongeval overkomt als voetganger, de kantonrechter oordeelt dat in deze zaak deze uitzondering geldt. De vorderingen van de werknemer worden afgewezen.
Rechtbank Rotterdam (Locatie Rotterdam), 11-07-2025