Strafrecht. Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Het slachtoffer is op Curaçao door meerdere messteken vermoord. Daarna is het lichaam weg gemaakt door deze in de zee te gooien. De dochters van het slachtoffer vorderen 7.500 gulden aan immateriële schadevergoeding in de vorm van schokschade. De dochters hebben twee keer zeer schokkend nieuws ontvangen. Het lichaam van hun vader was vastgebonden in de zee aangetroffen en de partner van de verdachte en haar zoon werden als verdachten van deze feiten aangemerkt. Een van de dochters heeft het lichaam van haar vader geïdentificeerd. Dit heeft veel impact op haar gehad en oude trauma bij haar doen herleven. Hierdoor is zij onder psychologische behandeling. De andere dochter ervaart klachten die passen bij een posttraumatische stressstoornis. Gelet op het vorenstaande komt vergoeding van deze schade volgens het Gerecht toe aan de dochters van het slachtoffer ter bedrage van 7.500 gulden.
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, 10-04-2024