Eigenaar van een eiland is aansprakelijk voor de letselschade van een vriend op grond van artikel 6:174 BW. Hij kwam met zijn been vast te zitten in een sinkhole, nadat hij een weggewaaid luchtbed uit het water wilde halen. Van eigen schuld is geen sprake, omdat dit niet een zodanige ongebruikelijke of onverantwoordelijke handeling is dat hij zich hiervan moest onthouden.

Strafrecht. Veroordeling voor poging tot moord. Slachtoffer krijgt € 15.000 immateriële schadevergoeding toegewezen wegens fysiek en geestelijk letsel. Als gevolg van de vele steekverwondingen heeft hij letsel aan zijn hoofd, nek, hals, arm en hand. Daarnaast heeft hij onder andere last van gevoelloosheid en krachtverlies. Het psychisch letsel bestaat uit PTSS.

Strafrecht. Veroordeling voor medeplegen van moord, poging tot moord en poging tot doodslag. Afwijzing affectieschadevorderingen van nabestaanden (vader, moeder, broers en zussen) van slachtoffer 1 omdat hij op 29 december 2012, dus voor inwerkingtreding van de Wet affectieschade, is overleden. De rechtbank wijst immateriële schadevergoeding toe aan slachtoffer 3 (€ 7.500), 4 (€ 10.000) en 5 (€ 15.000).

Verkeersongeval. Verzoekster is van achteren aangereden door een verzekerde van Reaal. Het verzoek de psychiater te horen wordt afgewezen, omdat verzoekster tijdens het onderzoek al haar vragen heeft kunnen stellen. Het verzoek tot het benoemen van een verzekeringsgeneeskundige wordt tevens afgewezen, omdat in deze zaak nog geen diagnose is gesteld. De rechtbank benoemt wel een deskundige neuroloog.

Strafrecht. Veroordeling voor medeplegen van poging tot doodslag. De rechtbank wijst vergoeding van immateriële schade toe ter hoogte van € 25.000 wegens blijvend gezichtsverlies van het linkeroog, wond op zijn voorhoofd, gebroken neusholte en littekens. De rechtbank heeft bij de begroting mede gelet op de psychische gevolgen. Dat het psychisch letsel onvoldoende zou zijn onderbouwd is niet relevant, omdat sprake is van lichamelijk letsel.

Strafrecht. Veroordeling voor zware mishandeling door onbeschermde seks met het slachtoffer, terwijl verdachte al zes jaar wist dat hij besmet was met hiv. Rechtbank wijst het slachtoffer € 12.000 aan immateriële schadevergoeding toe wegens het besmet raken met hiv.

Botsing tussen auto en motorfiets. Motorbestuurder vordert een verklaring voor recht dat Unigarant (WAM-verzekeraar auto) aansprakelijk is en tot schadevergoeding wordt veroordeeld. Het hof wijst de vorderingen toe. De autobestuurder had voorrang moeten verlenen, door dit niet te doen handelde zij in strijd met artikel 18 RVV. Bovendien had zij in de gegeven omstandigheden kunnen anticiperen op de gedragingen van de motorbestuurder. Dat de motorbestuurder niet heeft gehandeld zoals van hem in de gegeven situatie mocht worden verwacht leidt niet tot een ander oordeel. De eventueel door hem gemaakte verkeersfouten komen pas aan de orde bij het vaststellen van de mate van eigen schuld (art. 6:101 BW).

Arbeidsrecht. Geen werkgeversaansprakelijkheid voor mesothelioom. Beoordeeld naar de destijds geldende maatstaven zou verstrekking van beschermingsmiddelen alleen noodzakelijk zijn geweest in geval van intensieve en langdurige blootstelling aan asbeststof, maar van zodanig blootstelling is niet gebleken. Beroep op verjaring behoeft geen beoordeling. Zie ook AR 2020-0437.

Aantasting eer en goede naam van medewerkers gemeente Tholen door Maerloo c.s. wegens onrechtmatige uitingen. De rechtbank kent aan de burgemeester en gemeentesecretaris een vergoeding van immateriële schade toe.

Letselschade als gevolg van skiongeval in Zwitserland. Het hof verklaart zich onbevoegd. Er is een onvoldoende nauwe band met de Nederlandse rechter gezien de lokale aard van de activiteiten, de inhoud en inrichting van de internetsite en de wijze waarop de overeenkomst tot stand is gekomen. Ook is er geen noodzaak een goede rechtsbedeling te vergemakkelijken.