Naar boven ↑

ALGEMENE MEDEDELING

In de loop van januari 2025 wordt deze online omgeving geïntegreerd in Boomportaal (www.boomportaal.nl), waarna deze omgeving wordt opgeheven. Vanaf dat moment linkt deze URL automatisch door naar Boomportaal.

8.484 resultaten

Rechtspraak

PS 2024-0270

Man valt tijdens het schilderen op een balkon van een ladder, met ernstige verwondingen tot gevolg. Ten tijde van het ongeval verbleef de man zonder verblijfsstatus in Nederland. De man stelt zijn ‘werkgever’ aansprakelijk voor de gevolgen van het ongeval. De ‘werkgever’ wijst aansprakelijkheid van de hand en zegt dat hij niet de werkgever van de man was. In een strafrechtelijke procedure is de werkgever’ naar aanleiding van dit ongeval vervolgd en veroordeeld voor (onder andere) het overtreden van de arbeidsomstandighedenwetgeving. In deze civiele procedure moet de kantonrechter beoordelen of sprake was van een arbeidsovereenkomst tussen de man en de gestelde werkgever. De kantonrechter oordeelt dat het verhaal van de man over de afspraken juist is en deze voldoen aan de kenmerken van een arbeidsovereenkomst: hij verrichtte al langere tijd verschillende kluswerkzaamheden en hij ontving loon voor het werk dat hij verrichtte. Er staat voldoende vast dat hij schade heeft geleden in de uitoefening van zijn werkzaamheden en dat de werkgever zijn zorgplicht heeft geschonden. In strijd met de arbeidsomstandighedenwetgeving is op relatief grote hoogte gewerkt zonder dat er maatregelen waren genomen op het balkon of aan het hekwerk om hem te beschermen. De kantonrechter berekent verschillende schadeposten, waaronder verlies aan verdienvermogen tot en met eind 2023. Daarnaast wijst de kantonrechter een voorschot van € 40.000 op het smartengeld toe. Verwijzing naar schadestaatprocedure voor wat betreft de te lijden schade.
Rechtbank Den Haag, 14-05-2024

Rechtspraak

PS 2024-0265

Vrouw is in 2016 een arbeidsongeval overkomen waarvoor haar werkgever aansprakelijk is. Op verzoek van beide partijen is een onderzoek ingesteld door een psychiater die in zijn eindrapport tot de conclusie komt dat sprake is van een medische eindsituatie. Partijen verschillen van mening over de vraag of de schade van de vrouw afgewikkeld dient te worden met een uitkering van een som ineens, zoals de vrouw wenst, of voor een bepaalde periode waarna een nieuwe psychiatrische expertise dient te worden uitgevoerd, zoals de werkgever wenst. De kantonrechter oordeelt dat als uitgangspunt heeft te gelden dat de begroting van nog niet ingetreden schade dient te worden begroot op basis van redelijke verwachtingen van toekomstige ontwikkelingen. De kantonrechter is van oordeel dat het belang van de vrouw bij de keuze om de schade af te wikkelen in de vorm van een som ineens zwaarder weegt dan het belang van de aansprakelijke partij de schade periodiek af te wikkelen op basis van periodieke psychiatrische herexpertises. Het is algemeen bekend dat een lopende letselschadezaak niet bevorderlijk is voor het herstel en dat geldt temeer indien dit gepaard gaat met periodieke psychiatrische herexpertises. Ook bij de aansprakelijke partij is bekend dat de vrouw een kwetsbaar slachtoffer is dat lijdt onder de lange duur van de schadeafwikkeling. Het enkele belang van de aansprakelijke partij, dat niet uit te sluiten is dat in de toekomst een verandering zou kunnen optreden in de psychische gezondheidssituatie van de vrouw, weegt niet op tegen de belangen van de vrouw om te kiezen voor afwikkeling van de schade in de vorm van een som ineens.
Rechtbank Overijssel (Locatie Enschede), 21-05-2024