De vrouw is op het bovenste parkeerdek van het winkelcentrum uitgegleden. Het parkeerdek was die dag erg glad door ijsvorming. Bij het uitstappen uit haar auto gleed zij weg met haar linkerbeen/voet, terwijl haar rechterbeen nog bekneld zat in de auto. Als gevolg hiervan heeft zij haar rechterbovenbeen gebroken. Zij is vervolgens geholpen door een medewerker van de vastgoedbeheerder. Hij was ingeschakeld voor de schoonmaakwerkzaamheden en gladheidsbestrijding van het complex, waaronder het betreffende parkeerdek. De vrouw heeft de bestuurder van de eigenaar van het parkeerdek aansprakelijk gesteld, deze aansprakelijkheid is door de aansprakelijkheidsverzekeraar van de eigenaar afgewezen. De rechtbank is van oordeel dat eigenaar in elk geval op grond van artikel 6:162 BW aansprakelijk is voor de geleden schade. Van de eigenaar mocht worden verwacht dat zij maatregelen zou treffen om het gevaar weg te nemen of in ieder geval te beperken. Zij was niet alleen bekend met de gladheid op het parkeerdek op de dag van het ongeval, maar had daar ook in de maanden ervoor meerdere klachten over ontvangen van winkeliers, die spraken over gladheid. Bovendien had zij zelf opdracht gegeven om te strooien, wat bevestigt dat zij zich van het gevaar bewust was. Toen de betreffende ochtend bleek dat het zout op was en er gewacht moest worden op een levering vanuit Rotterdam, heeft zij er echter voor gekozen het parkeerdek open te laten voor bezoekers. Het had in die situatie voor de hand gelegen om het dek (tijdelijk) geheel of gedeeltelijk af te sluiten, bijvoorbeeld door pionnen, linten of hekken te plaatsen, zodat bezoekers het gladde gedeelte niet konden betreden en gebruik zouden maken van het onderliggende parkeerdek. Ook had zij waarschuwingsborden kunnen plaatsen bij de in- en uitgangen om bezoekers te attenderen op de gevaarlijke situatie. Of er ook sprake is van aansprakelijkheid op grond van artikel 6:174 BW kan in deze procedure niet worden vastgesteld. De vrouw stelt dat het parkeerdek niet voldoet aan de richtlijnen ten aanzien van de afwatering. De rechtbank oordeelt dat indien de staat van het parkeerdek daadwerkelijk zo is zoals de vrouw stelt, dit een gebrekkige opstal zou kunnen opleveren. Maar om dit te kunnen beoordelen dienen er meer gegevens te zijn waaruit deze staat blijkt. Nu de aansprakelijkheid reeds op grond van artikel 6:162 BW is vastgesteld, komt de rechtbank niet meer toe aan deze beoordeling. Het beroep op eigen schuld slaagt niet. De eigenaar en de aansprakelijkheidsverzekeraar zijn op grond van artikel 6:162 jo. 7:954 BW gehouden de schade te vergoeden.
Rechtbank Amsterdam (Locatie Amsterdam), 24-09-2025