Naar boven ↑
7.428 resultaten

Rechtspraak

PS 2019-0004

Gedaagde MaRan B.V. is onder meer eigenaar en beheerder van de websites kinkytijd.nl en chattijd.nl. Deze sites zijn gericht op mensen met belangstelling voor bdsm-seks: zij kunnen via deze sites profielen met foto’s bekijken, profielen aanmaken, sexchatten, foto- en filmbestanden uploaden en sexdaten. In mei 2013 heeft eiseres ontdekt dat er een nepprofiel met foto’s van haar was aangemaakt op de website kinkytijd.nl, met welk profiel de indruk werd gewekt dat zij bereid was tot het maken van sexdates. Dit nepprofiel is zonder haar toestemming geplaatst. MaRan heeft geweigerd een ip-adres of e-mailadres te verstrekken, ook niet na meerdere verzoeken daartoe. Uiteindelijk bleek dat het de zwager was van eiseres die erachter zat. Hij is inmiddels strafrechtelijk vervolgd. Eiseres heeft zich als benadeelde partij gevoegd in de strafzaak en heeft vergoeding van € 2.500 voor immateriële schade gevorderd en toegewezen gekregen. Eiseres verwijt MaRan zowel het niet onmiddellijk verwijderen van het profiel toen zij dat verzocht en het niet verstrekken van de NAW-gegevens. Zij meent dat MaRan door het nalaten als hiervoor omschreven onrechtmatig heeft gehandeld en derhalve gehouden is tot vergoeding van haar immateriële schade, die zij heeft begroot op € 15.000. De rechtbank is van oordeel dat een immateriële schadevergoeding van € 2.500 passend is. De rechtbank neemt onder meer in aanmerking dat het formulier waarmee eiseres de vordering als benadeelde partij in de strafzaak ingediend heeft in deze procedure niet is overgelegd, waardoor zij niet inzichtelijk heeft gemaakt voor welke schade zij in de strafzaak vergoeding heeft verzocht en welke andere schade zij nu vergoed wil zien. Verder houdt de rechtbank er rekening mee dat de periode gedurende welke MaRan heeft verzuimd tot actie over te gaan, terwijl zij wel actie had moeten ondernemen, relatief kort is (medio april 2015 tot medio mei 2015). Ten slotte neemt de rechtbank in aanmerking hetgeen in soortgelijke gevallen doorgaans aan immateriële schadevergoeding wordt opgelegd. 
Rechtbank Overijssel (Locatie Almelo), 28-11-2018