Strafrecht. Doodslag. Moeder en dochter van het slachtoffer krijgen respectievelijk € 17.500 en € 20.000 vergoeding voor affectieschade. De vriendin van het slachtoffer kan niet worden aangemerkt als diens levensgezel, nu er sprake is van een ‘knipperlichtrelatie’. Beide partijen hielden er andere bedpartners op na en het slachtoffer maakte soms bewust ruzie met zijn vriendin zodat hij met anderen kon afspreken. Voor een beroep op de hardheidsclausule is niet voldoende gebleken dat er sprake is van een dusdanig nauwe persoonlijke relatie dat de vriendin, ondanks dat zij niet aangemerkt kan worden als levensgezel, toch gelijkgesteld zou moeten worden met naasten in de zin van de affectieschaderegeling.
Rechtbank Noord-Nederland (Locatie Assen), 21-04-2022