Deskundige in een procedure wordt aansprakelijk gesteld. Het is van belang dat de rechter ‘grip’ houdt op de werkzaamheden en bevindingen van de gerechtsdeskundigen door het deskundigenbericht grondig te analyseren en een gedegen debat daarover te faciliteren. Kiest de rechter een dergelijke benadering, dan zal het vermoedelijk niet snel voorkomen dat een gerechtsdeskundige aansprakelijk wordt gesteld door een ontevreden partij. Wordt een gerechtsdeskundige toch aansprakelijk gesteld, dan kan bij de vaststelling van de aansprakelijkheid worden aangesloten bij de maatstaven die het hof heeft gehanteerd, met enkele toevoegingen. De grondslag voor aansprakelijkheid is de onrechtmatige daad. De zorgvuldigheidsnorm voor de gerechtsdeskundige komt samengevat op het volgende neer. Het eerste aanknopingspunt is de uit artikel 198 lid 1 Rv voortvloeiende wettelijke verplichting om het onderzoek onpartijdig en naar beste weten te vervullen. Het tweede aanknopingspunt is dat de gerechtsdeskundige de zorg dient te betrachten die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot bij het geven van advies in een gerechtelijke procedure mag worden verwacht. Hierin ligt mijn inziens besloten dat van een gerechtsdeskundige niet alleen de attitude van een vakmens mag worden verwacht, maar ook de attitude van een onderzoeker, waaronder een voldoende onbevangenheid en het streven om de rechter zo goed mogelijk voor te lichten. Wat de vereiste zorg in concreto inhoudt, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval, waaronder de aard en inhoud van de opdracht, de positie van de gerechtsdeskundige (zoals diens beroep en de daarvoor geldende regels) en de aard en het gewicht van de betrokken belangen. Hierbij geldt dat een onderzoek niet onzorgvuldig is op de enkele grond dat dit ook op andere wijze, of met meer of andere middelen, had kunnen worden uitgevoerd. Volgens het geldende recht is de gerechtsdeskundige niet pas aansprakelijk indien hij of zij een ernstige fout heeft gemaakt waarvan hem of haar een ernstig verwijt valt te maken. Voor een dergelijke verhoogde drempel voor aansprakelijkheid bestaat mijns inziens ook geen aanleiding.
Parket bij de Hoge Raad, 25-03-2022