Naar boven ↑

Update

Nummer 42, 2025
Uitspraken van 25 november 2025 tot 1 december 2025
Redactie: Mr. H. Vorsselman, mr. drs. I. van der Zalm, mr. Y. Bosschaart en J. Stulp.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u de nieuwe PS Updates aan. 

Rechtspraak
In deze nieuwsbrief hebben wij een selectie opgenomen van de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, die te raadplegen zijn via de hyperlinks onder aan deze nieuwsbrief. 

Moeder overledene: vergoeding wegens affectieschade en shockschade na zien foto en horen details.
Op kerstavond 2023 reed het slachtoffer nietsvermoedend naar de woning van medeverdachte voor een afspraak met haar. Bij binnenkomst in de woning bleek de verdachte (voor het slachtoffer onverwacht) aanwezig te zijn en werd duidelijk dat het slachtoffer in de val was gelokt. Het slachtoffer werd met bruut geweld om het leven gebracht door de verdachte, die minstens 24 keer met een hamer op het hoofd van het slachtoffer insloeg. De moeder van het slachtoffer heeft zich als benadeelde partij gevoegd in het strafproces. Zij vordert onder andere € 22.500 aan affectieschade en € 10.000 aan shockschade. De moeder valt in de categorie genoemd in artikel 6:108 lid 4 sub c BW. Het voorgaande betekent dat de benadeelde partij recht heeft op vergoeding van affectieschade, de rechtbank wijst een bedrag aan € 20.000 toe. De rechtbank stelt vast dat bij de moeder een hevige emotionele schok is teweeggebracht door (de confrontatie met) het tegen haar zoon gepleegde geweld en het dodelijke gevolg daarvan. Hoewel zij de levensberoving zelf niet heeft waargenomen en het lichaam van haar overleden zoon niet heeft gezien, is zij nadien wel geconfronteerd met de aard en ernst van het toegepaste geweld en de gevolgen daarvan. Zo werd een dag na de vondst van het lichaam een foto van haar overleden zoon aan haar getoond ter identificatie en werden de gruwelijke details van het overlijden aan haar medegedeeld. Die schok heeft naar het oordeel van de rechtbank ook geleid tot geestelijk letsel. Gelet hierop kan de benadeelde partij aanspraak maken op vergoeding van schokschade. De hoogte van de geleden schokschade moet worden vastgesteld naar billijkheid met inachtneming van alle omstandigheden van het geval. De rechtbank komt het gevorderde bedrag van € 10.000 (PS 2025-0612).

Duw van glijbaan: sport-en-spelsituatie.
Een 4-jarig meisje is tijdens de gymles op school van de zijkant van een glijbaan gevallen. Zij had haar klasgenootje, destijds ook 4 jaar oud, gevraagd om haar een duwtje te geven. Zij is daarna van de glijbaan gevallen en heeft hierdoor een schedelbreuk en een epidurale bloeding opgelopen. Het meisje ervaart nog steeds klachten door het ongeval. In deze deelgeschilprocedure verzoekt de moeder van het meisje kort gezegd voor recht te verklaren dat de ouders van het klasgenootje aansprakelijk zijn voor de door het meisje geleden en nog te lijden schade als gevolg van het ongeval. Daarnaast verzoekt de moeder kort gezegd te verklaren voor recht dat de aansprakelijkheidsverzekeraar van de ouders verplicht is de schade die het meisje heeft geleden en nog zal lijden te vergoeden. De moeder grondt de gestelde aansprakelijkheid op artikel 6:169 lid 1 BW. De rechtbank oordeelt dat er in deze situatie sprake is van een sport-en-spelsituatie. Daarnaast oordeelt de rechtbank dat uit de stukken niet kan worden afgeleid dat de duw van het klasgenootje hard was, en dat deze duw de oorzaak was van de val van de glijbaan. Het is dus niet gebleken dat het handelen van het klasgenootje onvoorzichtig was, laat staan onrechtmatig. Gelet op het voorgaande kan de rechtbank niet vaststellen dat als het klasgenootje ouder zou zijn dan 14 jaar, dat dan de conclusie zou moeten worden getrokken dat haar handelen als een onrechtmatige daad aan haar zou kunnen worden toegerekend. De ouders zijn daarom niet aansprakelijk op grond van artikel 6:169 lid 1 BW. Het was dus een gedraging, van het klasgenootje, die bij sport en spel kan voorkomen, zonder dat daardoor enige aansprakelijkheid van (de ouders van) in dit geval de duwer ontstaat. De rechtbank wijst het meer of anders verzochte af (PS 2025-0607).

Literatuur
G.N. Kramer, annotatie JA bij: ‘Rechtbank Noord-Nederland 3 september 2025, nr. 11606156, ECLI:NL:RBNHO:2025:9684, JA 2025/155 (Onrechtmatige daad. Rechtsinbreuk. Bewijslastverdeling. Smartengeld. Eigen schuld)

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps-updates@boom.nl.

Met vriendelijke groet,

Ilona van der Zalm & Armin Vorsselman 
PS Updates

Hof

Rechtbank

Antillen